Tough Love: de zoektocht naar studiesucces en studieresultaten
Expertdocent studiesucces Jean-Marie Molina stelt dat we het minder moeten hebben over de etnische, culturele, religieuze en sociaalpsychologische kenmerken van een student. In plaats daarvan richt zij zich aan de Hogeschool Rotterdam op factoren die het leren en ontwikkelen van studenten bevorderen, beschermende factoren zoals goede copingstrategieën.
Ik ben een statistiek. Ik ben het product van de zwangerschap van een jong meisje van zeventien jaar en haar vriend die acht jaar ouder was. Mijn ouders zijn nooit getrouwd geweest. De eerste vijfentwintig jaar van mijn leven heb ik zonder mijn vader geleefd. Ik kom niet uit een familie van hoogopgeleiden. Aan mijn moeders kant heeft bijna niemand gestudeerd. Mijn opa en oma al helemaal niet.
Ik ben ook niet opgevoed in een systeem waarbinnen succesvol zijn vanzelfsprekend is. Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat ik op alle fronten vrijwel gedoemd was tot een gecompliceerd bestaan, volgens de statistieken dus. Maar vandaag ben ik een hoogopgeleide vrouw, getrouwd, moeder van twee kinderen, wijsgerig pedagoge en docent. Hoe kan dit? Hoe kan het dat ik ondanks deze omstandigheden dit allemaal voor elkaar heb gekregen? Er zijn ongetwijfeld verschillende verklaringen hiervoor te vinden. Om hier een begin mee te maken wil ik inzoomen op een van die verklaringen, namelijk die van de pedagogiek.
Studie begeleiding en scriptie hulp met 100% resultaat via de Tough Love methode
Als ik mijn jongere jaren vanuit pedagogisch perspectief bekijk zou je kunnen zeggen dat ik geboren ben in een milieu met veel risicofactoren. Door de aanwezigheid van deze factoren was er een vergrootte kans op een problematische opvoedsituatie en daarmee negatieve effecten voor mij als kind. Maar er waren binnen mijn familie ook beschermende factoren. Een daarvan was de opvoedstijl en de visie op opvoeding en persoonsvorming die mijn moeder hanteerde.
Mijn moeder was van de ‘tough love’. Zij stelde hoge eisen aan mij. Ze verwachtte dat ik hard werkte. Dat ik de juiste strategieën inzette om mijn doelen te verwezenlijken. In alles wat ik deed, moest ik mijn volle honderd procent geven. Ze nam geen genoegen met mijn middelmatigheid. Mijn moeder zette mij onder druk, een positieve druk om het beste uit mezelf te halen.
Het mooie van deze situatie was dat mijn moeder ook echt geloofde dat ik al die dingen kon. Ze geloofde dat ik haar verwachtingen waar kon maken. Dit liet ze me zien door mij in alles te steunen. Ze toonde begrip voor mijn gevoelens. Ze gaf me complimenten wanneer ik dingen op de juiste manier had aangepakt. Kritiek wanneer ik het beter had gekund. Ze deed dingen voor, legde uit. Ze liet mij mijn fouten zien en begrijpen. Ze hielp me ook om ze te accepteren, te verbeteren en vooral van ze te leren.
Het is pas een uitdaging om iets te worden wat jijzelf en de anderen niet kunnen bedenken
Er waren veel regels bij ons thuis maar er was ook keuzevrijheid. Ik kon kiezen om iets wel of niet te doen. Maar ik kon mij niet aan de consequenties van mijn keuzes onttrekken. Hierdoor leerde ik goed na te denken over mijn opties en om daarna de juiste keuzes te maken. Zo heb ik bijvoorbeeld een keer gekozen om een aantal dagen achter elkaar niet meer te douchen. Mijn moeder ging met mij in gesprek en vertelde mij over het belang van hygiëne en wat de mogelijke consequenties van mijn keuze zouden zijn.
Ik heb toen gezegd dat ik mijn keuze niet wilde bijstellen. Mijn moeder respecteerde dat. Drie dagen later kwam ik huilend naar huis en vertelde haar dat mijn klasgenoten mij gepest hadden vanwege de eigenaardige geur die ik had. Ik heb mijn moeder gevraagd om met de ouders van de kinderen te praten. Dit weigerde ze te doen. Ik had mijn bed gemaakt, zei ze. Ik moest erin liggen.
Een van de redenen waarom mijn moeder mij op deze manier opvoedde was omdat zij zelf niet had gestudeerd en daarmee haar eigen dromen niet kon waarmaken. Ze was ervan overtuigd dat haar omstandigheden niet de mijne hoefde te zijn. Volgens mijn moeder was niet waar ik vandaan kwam belangrijk, maar waar ik heen ging. In ons gezin ging iedereen op weg naar iets belangrijks. Dat moest, want het orakel, zoals ik mama noem, vond het kiezen voor de makkelijke weg als je je vormt naar wat andere mensen van je vinden. Het is pas een uitdaging om iets te worden wat jijzelf en de anderen niet kunnen bedenken.
We zijn allemaal een stukje statistiek, in welk hokje pas jij?
Veel van de studenten die ik als expertdocent studiesucces tegenkom in mijn klaslokaal zijn ook statistieken. Wij hebben veel gemeen. Wij delen gezamenlijke etnische, culturele, religieuze en sociaalpsychologische kenmerken. Kenmerken waaraan zij niets kunnen veranderen. Maar kenmerken die anno 2018 (nog steeds) worden gebruikt als criteria om hen binnen allerlei categorieën te kunnen plaatsen. Categorieën die hun kans om goed, gelukkig en succesvol te worden beïnvloeden en zelfs bepalen. Heel veel van deze jonge mensen hebben ook moeite met de grote invloed van deze kenmerken op hun leven en weten vaak niet zo goed hoe zij zich ondanks deze risicofactoren kunnen bewegen in de maatschappij.
Als ik met mijn collegae in gesprek ga over deze jonge mensen dan willen zij het ook vaak hebben over bovenstaande kenmerken. Het lijkt soms alsof ze deze kenmerken willen doorgronden op zoek naar een uitleg en duiding van wie zij denken dat deze jonge mensen zijn. Om eerlijk te zijn, deze gesprekken zijn niet bepaald nuttig. Zoals ik al eerder aangaf, we kunnen niets veranderen aan de kenmerken of achtergronden waar jonge mensen vandaan komen. Dat hoeft ook niet. Sterker nog, jonge mensen verwachten dat ook niet van mij of van mijn collega docent.
Zij willen leren hoe zij kunnen omgaan met de wereld zoals zij die, nu en op dit moment, ervaren. Ze zijn op zoek naar beschermende factoren zoals goede copingstrategieën. Beschermende factoren maken hun weerbaar en veerkrachtig. Jonge mensen die weerbaar en veerkrachtig zijn beschikken over de juiste gereedschap om zich staande te houden in de maatschappij en in de wereld, ongeacht wat zij meemaken.
Falen laat ons zien welk puzzelstuk we nog missen of nog niet op de juiste plek hebben staan
Ik wil het met mijn collega docenten hebben over bovenstaande factoren die het leren en ontwikkelen van studenten in het hoger onderwijs bevorderen. Factoren die hen in staat stellen om hun leven vorm te geven op een manier die zij zelf kiezen. Beschermende factoren. Een van die belangrijke factoren is wat hoogleraar John Hattie teacher mind frame noemt. Hier gaat het voornamelijk om de rol en invloed van de docent (gedachten, taal en gedrag) op het leren en daarmee het succes van zijn of haar studenten. Volgens Hattie moeten docenten hun studenten als hun eigen kinderen beschouwen. Dit moet zichtbaar zijn in de relatie die zij met hun hebben. Die relatie is een relatie van aan de ene kant veel warmte, vertrouwen en hoge verwachtingen. Aan de andere kant hoge eisen, druk, feedback en kritiek als het moet.
Voordat ik dit gesprek aan kan gaan met mijn collega moet ik eerst in de spiegel kijken. Hoe zit het met mijn eigen houding en gedrag jegens mijn studenten? Welk boodschap wil ik mijn studenten meegeven als zij mijn klaslokaal verlaten? Komen mijn gedachten, taal en gedrag overeen met die boodschap? Als dit niet zo is, wat heb ik nodig om die overeenstemming te bereiken? Dit zijn lastige vragen die ik mijzelf regelmatig stel.
We doen het samen!
Ik zit momenteel midden in het proces van het beantwoorden van bovenstaande vier vragen. De eerste stap heb ik al gehad. Ik moest leren anders naar mijn relatie met mijn studenten te kijken, vanuit het perspectief van de pedagogiek. Ik wilde voorwaarden scheppen voor een klimaat waarbinnen mijn studenten optimaal kunnen leren en ontwikkelen. Dat bracht mij terug tot het gevoel dat ik thuis had. Het gevoel dat ik van mijn moeder had meegekregen. Ik wil dat mijn studenten ook dit gevoel bij mij hebben. Ik wil dat zij weten dat ik in ze geloof, om hen geef en dat ik er voor ze ben. Dat ik bereid ben om ze in alles te ondersteunen, maar dat ik ook verwacht dat zij inzet tonen, zich respectvol gedragen en dat ze hard werken.
Binnen onze relatie is er veel ruimte voor falen. Falen is noodzakelijk om te kunnen leren en te ontdekken wat wij nog niet kunnen. Voor mijn studenten is dit niet altijd even makkelijk om te accepteren. Een van ze, zei ooit tegen mij, “mevrouw als ik iets zo vaak verkeerd doe, betekent dit toch dat ik dit niet kan. Want, het hoort niet zo moeilijk te zijn en ik hoor er niet zo lang over te doen.” Ik heb toen aan die student uitgelegd dat succes behalen hetzelfde is als de puzzelstukken van een puzzel op de juiste plek zetten. Falen laat ons zien welk puzzelstuk we nog missen of nog niet op de juiste plek hebben staan. Het laat ons zien waar er gaten zijn in onze kennis. Falen biedt ons perspectief. De keuze is aan ons hoe we hiermee omgaan en welke conclusies we trekken naar aanleiding van onze falen.
Hoge verwachtingen: torenhoge verwachtingen en idem resultaten die moeten!
De relatie die ik met mijn studenten wil opbouwen kenmerkt zich dus door hoge eisen en hoge verwachtingen. Om dat voor elkaar te krijgen moet ik “Tough Love” toepassen. Ik moet steunen en ondersteunen, maar tegelijkertijd hoge eisen stellen, en hoge verwachtingen hebben. Dat betekent dat zij zich op een bepaalde manier moeten opstellen en ik ook. Het is immers een relatie. Wij zijn dus allebei even verantwoordelijk voor het succes en ook voor het falen van onze relatie. Daarbij hebben we allebei onze verantwoordelijkheden. Ik, de volwassene, de opvoeder, schep de juist voorwaarden om te leren en ontwikkelen. Ik leer hen effectieve coping strategieën die zij vervolgens internaliseren en gebruiken om zelf vorm en betekenis te geven aan hun bestaan. Ik doe dingen voor zodat zij kunnen leren hoe het moet. Tegelijkertijd verwacht ik van hen dat zij zich volledig inzetten, zich correct gedragen en hard werken. Ik geloof in wie zij kunnen zijn door hen te helpen.